'Onderhandelingen TLS waren net EU'

Bij de start van het Nationaal Openbaar Vervoerberaad (NOVB) was in de werkagenda opgenomen dat de coöperatie in juni 2014 al een feit zou moeten zijn, maar dat werd dus ruim een jaar later. "Er was een groot verschil van inzicht tussen de aandeelhouders (NS, GVB, RET en HTM, red.) en niet-aandeelhouders", aldus Schmeink. Dat verschil van inzicht zat hem in de waardebepaling van TLS. Die is sterk afhankelijk van de toekomstverwachting van de OV-chipkaart. Het is namelijk maar de vraag of de OV-chipkaart en de daar achterliggende infrastructuur in de toekomst blijft bestaan.

"Het was net de Europese gemeenschap", zegt Schmeink over de onderhandelingen. Volgens Schmeink kostte het vooral veel tijd om de moederbedrijven zo ver te krijgen dat de vervoerders zich achter TLS zouden scharen. Met name Deutsche Bahn, moederbedrijf van Arriva, had lang nodig om overtuigd te raken van deelname aan TLS. "Ach, een moet de laatste zijn", aldus Schmeink.

Lees ook: Vervoerders hebben weer een branchevereniging

Van het bedrag dat de aandeelhouders in de loop van de jaren hadden ingelegd in TLS, 135 miljoen euro, is het uitgekeerde dividend afgetrokken. Voor de overgebleven 80 miljoen euro die nodig was om de oude aandeelhouders uit te kopen, werd een lening bij de Rabobank afgesloten die in vijf jaar wordt terugbetaald.

Op dit moment is de coöperatie alleen in handen van de vervoerders, maar Schmeink sluit niet uit dat in de toekomst ook andere partijen, zoals bijvoorbeeld mobiliteitsmakelaars, zich kunnen aansluiten. Daar is het nu echter nog te vroeg voor. Schmeink: "Laten we eerst maar de vervoerders op een lijn krijgen, de kosten van TLS omlaag krijgen en de drempel om te betalen in het ov lager maken."